Benoeming van de Commissie

De benoemingsprocedure

Verkiezing van de voorzitter

De Europese Raad, die bestaat uit de staatshoofden en regeringsleiders van de EU-landen, stelt om de vijf jaar een kandidaat-voorzitter van de Europese Commissie voor aan het Europees Parlement.

De voordracht is gebaseerd op de politieke samenstelling van het Parlement na de Europese verkiezingen. Doorgaans komt de kandidaat-voorzitter uit de grootste politieke familie in het Parlement.

Als een absolute meerderheid van de leden van het Parlement de kandidaat-voorzitter steunt, wordt hij of zij verkozen. 

Samenstelling van het team

De Raad van de Europese Unie stelt, in overleg met de verkozen voorzitter van de Commissie, de lijst van kandidaat-commissarissen vast op basis van de voorstellen van de EU-lidstaten.  

Elke voorgedragen kandidaat-commissaris moet verschijnen voor de bevoegde parlementaire commissie. De leden van die commissie beslissen dan of de kandidaat geschikt is.

De voorzitter, de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de overige leden van de Commissie worden als college ter goedkeuring onderworpen aan een stemming van het Europees Parlement.

Na een positieve stemming in het Parlement worden de voorzitter van de Europese Commissie en de commissarissen door de Europese Raad benoemd.

Verantwoordingsplicht

De Europese Commissie moet democratische verantwoording afleggen aan het Europees Parlement, dat het recht heeft om de Commissie als geheel naar huis te sturen. 

De Europese Commissie is ook verantwoordelijk voor de uitvoering van de EU-begroting. Elk jaar beslist het Parlement of het zijn goedkeuring hecht aan de manier waarop de Europese Commissie de EU-begroting heeft uitgevoerd. Dit proces wordt kwijting genoemd. Het Parlement baseert zijn besluit op verscheidene verslagen van de Europese Rekenkamer en de Europese Commissie, waaronder het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag voor de EU-begroting.