Voorjaarspakket Europees Semester

Inhoud van het pakket

Het voorjaarspakket omvat de volgende documenten:

• de mededeling over het voorjaarspakket
• de ontwerpen van landspecifieke aanbevelingen
• de landenverslagen
• het verslag opgesteld overeenkomstig artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
• het voorstel voor werkgelegenheidsrichtsnoeren

Daarnaast kan het voorjaarspakket andere documenten bevatten die relevant zijn voor het proces van het Europees Semester.

Mededeling over het voorjaarspakket

De mededeling geeft een overzicht van de belangrijkste elementen van het voorjaarspakket van het Europees Semester.

Het gaat om een "mededeling", een soort handeling waarbij een EU-instelling haar standpunt over een bepaalde kwestie uiteenzet en dat aan andere Europese instellingen gericht is.

Landspecifieke aanbevelingen

De landspecifieke aanbevelingen (LSA) bieden elke lidstaat richtsnoeren op maat, met voorstellen voor sociaaleconomische en budgettaire beleidsmaatregelen die het komende jaar moeten worden genomen. De aanbevelingen zijn gericht op beleidsterreinen die met aanhoudende problemen te maken hebben of die slechts ten dele in nationale beleidsplannen worden aangepakt. LSA's kunnen betrekking hebben op een breed scala aan onderwerpen, waaronder overheidsfinanciën, hervormingen van het pensioenstelsel, onderwijs, innovatie of werkgelegenheid.

De Commissie ontwikkelt haar aanbevelingen op basis van de landenverslagen en haar evaluatie van de nationale hervormings-, stabiliteits- en convergentieprogramma’s die de lidstaten in april hebben ingediend. Deze aanbevelingen weerspiegelen in grote lijnen de algemene prioriteiten van de jaarlijkse duurzamegroeianalyse en de aanbeveling van de Raad over het economisch beleid voor de eurozone, die deel uitmaken van het najaarspakket.

Landverslagen

De landverslagen bevatten een gedetailleerde analyse van de economische en sociale ontwikkelingen en uitdagingen van elke lidstaat en beoordelen in hoeverre deze in het nationale beleid worden aangepakt. Daarnaast wordt hierin de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen van eerdere semestercycli geëvalueerd.

Verslag opgesteld overeenkomstig artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

In het verslag op grond van artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de EU (VWEU) wordt beoordeeld of de EU-lidstaten voldoen aan de tekort- en schuldcriteria. Deze beoordeling gaat uit van de vereisten van het stabiliteits- en groeipact, een reeks regels die ervoor zorgen dat de EU-landen gezonde overheidsfinanciën handhaven. Meer bepaald moeten de lidstaten de volgende maxima in acht nemen:

• Tekortcriterium: het jaarlijkse overheidstekort mag niet hoger zijn dan 3% van het bbp
• Schuldcriterium: de overheidsschuld mag niet hoger zijn dan 60% van het bbp

Van lidstaten die deze niveaus overschrijden, wordt verwacht dat zij corrigerende maatregelen nemen. Indien een lidstaat niet aan het tekort- en/of schuldcriterium voldoet, kan de Commissie een aanbeveling aan de Raad voorstellen om de buitensporigtekortprocedure in te leiden. Het land wordt dan onderworpen aan het corrigerende deel van het stabiliteits- en groeipact.

Werkgelegenheidsrichtsnoeren

Het voorstel voor werkgelegenheidsrichtsnoeren stelt gemeenschappelijke prioriteiten voor het nationale werkgelegenheids- en sociaal beleid om dit eerlijker en inclusiever te maken.